RELATIE MENS-DIER

De mens-dier relatie is in de loop der jaren onderwerp geweest van veel onderzoek binnen de sociale wetenschap met als doel het beter begrijpen van de relaties tussen mensen. Antropologen analyseren de betekenissen die mensen aan dieren geven. Bijvoorbeeld dieren als classificaties, voedsel, handelswaar, symboliek of vervanging van menselijk contact. Tegenwoordig wordt gedacht dat de mens-dier relatie cultureel en historisch specifiek is. De betekenissen van mensen en dieren zijn niet neutraal maar worden geconstrueerd door de individuen in een specifieke context. De manier waarop wij nu in Nederland met dieren omgaan verschilt wezenlijk met vijftig jaar geleden. De grens tussen mens (als intelligent) en dier (als wild beest) is aan het vervagen. Dieren worden gezien als persoon, als iemand met een persoonlijkheid.

Doordat wij de (huis)dieren steeds meer gaan zien als een persoonlijkheid of als een lid van de familie komt het ook vaker voor dat mensen hun eigen wensen en gedachte op hun dieren projecteren. Mensen zijn ervan overtuigd te weten wat hun huisdier wilt en wat het voelt, terwijl dit eigenlijk een projectie is van hun eigen wensen, normen en waarden, op het dier. Ze bespeuren een ziel in hun hond of kat en dat maakt het dat wij de dieren als mensachtig gaan zien. We schrijven dieren een menselijk intellect toe en gaan er daardoor vanuit dat het rationeel kan denken, terwijl de mens eigenlijk alleen uitgaat van zijn eigen rationalisatie. In deze gedachtegang is het dier een overgangssubject. Je kunt het zien als een grijs gebied tussen object (een ding) en subject (een mens). We zien de hond of kat niet meer als een object maar geven het ook niet de totale status van een subject. Alleen de projectie zorgt voor menselijke bezieling.


BRONNEN

Ruhs, A. “Seele und Simulakrum”, Der Vorhang des Parrhasios. Schriften zur Kulturtheorie der Psychoanalyse, Wien: Sonderzahl Verlag (2003).

Mullin, M. H.,“Mirrors and Windows: Sociocultural Studies of Human-Animal Relationships”, Annual Review of Anthropology, Vol. 28 (1999).