Wet maatschappelijke ondersteuning

Voor mensen die geen onderdak hebben, vrouwen die met huiselijk geweld in aanraking zijn gekomen, mensen met psychiatrische problemen of mensen die het op andere lichamelijke of fysieke manieren moeilijker hebben dan anderen, biedt de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) financiƫle hulp.

De Wmo is een Nederlandse wet die per 1 januari 2007 is ingevoerd. De wet vormt de basis van het beleid van Zorg en Welzijn. Dit beleid rust naast de Wmo ook op de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)en de Zorgverzekeringswet (Zvw).

Waar eerst de doorverwijzende specialist of huisarts bepalend was in de mogelijkheden voor hulp, komt nu de patiƫnt weer aan het roer te staan. De Wmo verplicht de gemeente om burgers keuze te bieden uit hulp in natura of een persoonsgebonden budget, waarmee de zorg of hulp zelf ingekocht kan worden. Ook de openbare geestelijke gezondheidszorg behoort tot de doelgroep van de Wmo. Het signaleren en bestrijden van risicofactoren op dit gebied kunnen door gemeenten zelf vorm gegeven worden. Men kan dan denken aan het optimaliseren van het bereiken en begeleiden van kwetsbare personen en risicogroepen, het functioneren als meldpunt voor signalen van crisis of dreiging van crisis in de eigen gemeente en het tot stand brengen van afspraken tussen betrokken organisaties over de praktijk van de openbare geestelijke gezondheidszorg. Daarnaast heeft de Wet maatschappelijke ondersteuning betrekking op de maatschappelijke zorg gericht op verslaafden en preventie van verslavingsproblemen, met in begrip van activiteiten in het kader van de bestrijding van overlast door verslaving. Tot slot is maatschappelijke ondersteuning in algemene zin ook een onderdeel binnen de Wmo.