GESCHIEDENIS

'Bluegrass is sad music played fast'. Een typerende uitspraak voor deze, bij het grote publiek onbekende muziekstroming. Hiermee is echter nog lang niet alles over dit genre gezegd. Het verteld ons niets over de vreemde instrumenten waarmee het wordt gespeeld (dreadnoughtgitaar, dobro, banjo en anderen). Het verteld ons ook niet waarom deze Amerikaanse muziek enorm populair is in landen als Tsjechië. Evenals haar oorsprong en de rol die religie erin speelt. Alles wat je moet weten over deze sad, fast music staat hier: de geschiedenis, hoe je het speelt en waarom, en waar het zijn populariteit aan te danken heeft in landen als Nederland en Tsjechië!



Bill Monroe en Earl Scruggs

Bill Monroe en zijn band, de Blue Grass Boys uit Kentucky, introduceerde de nieuwe muziekstroming Bluegrass in de jaren 40 van de de vorige eeuw. Een muziekgenre die zijn ontstaan te danken heeft aan diverse tradities uit zowel Europese als Afrikaanse landen. Hoewel Bill Monroe wordt gezien als de vader van Bluegrass, was het niet hij, maar zijn banjo speler Earl Scruggs die het fundament legde voor deze nieuwe stijl. Scruggs had op zijn vijfsnarige banjo een nieuwe manier van spelen ontwikkeld. Een techniek die nog steeds centraal staat binnen de huidige bluegrass community (Rosenberg, 2005). Naast de vijfsnarige banjo kent Bluegrass veel invloeden van andere muziekstijlen: vooral van Ierse en Engelse immigranten en Afrikaanse slaven '“ de banjo was oorspronkelijk bijvoorbeeld een slaveninstrument. Monroe zegt zelf:

"Scottish bagpipes and ole-time fiddlin'. It's Methodist and Holiness and Baptist. It's blues and jazz, and it has a high lonesome sound.'

Toch was bluegrass aanvankelijk niet eens een genre, maar gewoon de specifieke stijl van de Bluegrass Boys. Een decennium later, toen deze stijl werd opgepikt door andere bands, vormde bluegrass zich tot een geheel eigen genre binnen de country (Rockwell, 2012). Ralph Stanley, op dit moment een grote naam binnen bluegrass, zegt hierover:

'Oh, (Monroe) was the first. But it wasn't called bluegrass back then. It was just called old time mountain hillbilly music. When they started doing the bluegrass festivals in 1965, everybody got together and wanted to know what to call the show, y'know. It was decided that since Bill was the oldest man, and was from the Bluegrass state of Kentucky and he had the Blue Grass Boys, it would be called 'bluegrass.'

Destijds was het ook hele religieuze muziek, met liedjes als Bill Monroe's Wicked Path of Sin en Shine Hallelujah Shine. dit past in de 'hillbilly' traditie van de Amerikaanse christelijke dorpsgemeenschappen in de bergen. Voor Monroe was bluegrass 'pure' muziek, zonder sex of andere 'vuiligheid'. Sindsdien is dat wel veranderd: met de jaren en de vele plekken die bluegrass heeft bereikt, zijn ook de onderwerpen veel vrijer. Nu wordt er ook gezongen over drank, drugs en sex, zoals het liedje Cocaine Habit:

'Well I love my whiskey and I love my gin
But the way I love my coke is a dog gone sin
Hey hey honey take a whiff on me

Well since cocaine went outta style
You can catch 'em shootin needles all the while
Hey hey honey take a whiff on me'

Mooi is ook dat bluegrass een aantal 'standards' heeft, waar Cocaine Habit er ook één van is: liedjes die al jaren, soms decennia, gespeeld worden. Bijna elke bluegrassband heeft deze wel eens 'gedaan', of heeft ze in het vaste repertoire. De bekendste is op dit moment I Am a Man of Constant Sorrow, die ook gebruikt werd in de film O Brother Where Art Thou van de gebroeders Coen. Aspecten die ook altijd constant zijn gebleven, zijn de instrumenten en samenstelling van een bluegrassband.



Mandoline, banjo, dreadnoughtgitaar, viool, dobro

Wat bluegrass uniek maakt als muziekstijl zijn de instrumenten en de manier waarop ze worden bespeeld. Zowel mandoline, vijfsnarigebanjo, dreadnoughtgitaar, viool als dobro zijn onalledaagse instrumenten, die ook op unieke wijze bespeeld worden (Rockwell, 2012). Waar de banjo vaak nog op Scrugg's manier uit de jaren '50 wordt gebruikt, wordt de dobro horizontaal gehouden en plukt de speler aan de snaren, het 'picking'. Daarbij wordt de muziek akoestisch gespeeld, of met alle spelers rond één microfoon. Een band bestaat in de basis vrijwel altijd uit vier tot zeven mannelijke muzikanten. Door de jaren heen is deze samenstelling verandert en spelen vrouwelijke muzikanten ook een zeer belangrijke rol (Rosenberg, 2005). Bluegrass is één van de enige soorten folkmuziek met jazzinvloeden, die zich in deze manier van spelen openbaren. Eén van de muzikanten stapt naar voren en improviseert op de melodie, terwijl de anderen begeleiden '“ en zo wisselen de muzikanten elkaar af (Rosenberg, 2005).



Bluegrass in Nederland en Tsjechië?

In Nederland bestaat een kleine, maar hele hechte gemeenschap van ongeveer 500 bluegrassers. Zij ontmoeten elkaar op vaste picking parties door heel Nederland, waar iedereen samenkomt om te spelen en te jammen. Naast de verscheidene picking parties worden er ook geregeld festivals georganiseerd in het teken van bluegrass. Zo wordt jaarlijks het European World of Bluegrass (EWOB) georganiseerd in Voorthuizen, maar ook over de grens, zoals festivals als Greven Grass. Het is dus een bescheiden maar zeer internationale groep mensen, die allemaal intensief met bluegrass bezig zijn en elkaar geregeld tegenkomen. Dit is heel anders in Tsjechië, waar bluegrass enorm populair is. Nog steeds is éénderde van de aanmeldingen voor EWOB en Greven Grass van Tsjechische bands. Toch vreemd: hoe komt redneck muziek uit de Amerikaanse bergen zo geliefd in het voormalig Oostblok?

Dit komt doordat de Tsjechisch-Slowaakse bevolking na de Tweede Wereldoorlog stiekem naar de Amerikaanse Armed Forces Network luisterde, die voor de geallieerden vanuit Munchen werd uitgezonden. Daar pikten ze naast Amerikaans nieuws ook bluegrass op, wat voor hen 'verboden' muziek was. Het werd daarmee een soort protestmiddel, maar door het snel in populariteit groeide. Ze moesten echter nabootsen wat ze op de radio hoorden, zonder ooit een banjo gezien te hebben. Pas in 1964 werd het eerste bluegrassconcert in Tsjecho-Slowakije gegeven, door Pete Seeger. Van een foto van dit concert is later de eerste vijfsnarige banjo van Tsjechië nagemaakt. Ook nadat de muziek vrij geluisterd mocht worden, bleef hij erg populair, en inmiddels heeft Tsjechië een hele eigen bluegrass-sound (Deitch, 1995).



Literatuur:

Deitch, G. (1995) For the Love of Prague. Praag: A.G. Design

Rockwell, J. (2012) What is bluegrass anyway? Category formation, debate and the framing of musical genre. Claremont: Camebridge University Press

Rosenberg, N. (2005) Bluegrass a history. Illinois: University of Illinois